Ken je iemand (of misschien ben je het zelf) die altijd alles onder controle wil houden en moeite heeft met kwetsbaarheid?
We hebben allemaal wel eens iemand in onze omgeving gehad die altijd de touwtjes in handen wil houden. Iemand die krachtig, ietsje dominant of zelfs ongenaakbaar overkomt. Misschien een leidinggevende die geen ruimte laat voor inspraak. Een partner die moeite heeft om kwetsbaar te zijn. Een vriend(in) die altijd de boventoon voert in gesprekken.
Het gevolg is dat het voelt alsof die persoon onbereikbaar is. Alsof je nooit echt dichtbij komt. Soms lijkt het alsof hij of zij weinig behoefte heeft aan verbinding, of zelfs hard kan zijn naar anderen. Maar achter die façade van kracht en controle, zit vaak iets heel anders.
De verborgen pijn achter controle en afstand
Mensen vind ik oprecht fascinerend en kijk dan ook niet alleen naar wat iemand doet, maar naar wat daaronder ligt. Gedrag ontstaat niet zomaar. Mensen die altijd controle willen houden, hebben dat vaak nodig omdat ze ooit ervaren hebben hoe het is om volledig machteloos te zijn.
Deze dynamiek komt vaak voort uit een systeem waarin kwetsbaarheid gevaarlijk was. Vroeger was bijvoorbeeld geen ruimte om emoties te tonen, omdat dat als zwak werd gezien. Er was misschien alleen respect voor kracht. In sommige familiesystemen moest je jezelf bewijzen en was er geen ruimte voor onzekerheid. Of afhankelijkheid wordt zelfs bestraft. Als je ooit geleerd hebt dat je alleen op jezelf kunt vertrouwen, wordt hulp vragen ondenkbaar.
Wat er aan de buitenkant uitziet als dominantie of afstand, is vaak een diepgewortelde angst voor overgave en kwetsbaarheid.
Hoe deze dynamiek impact heeft op relaties
Mensen met deze controle behoefte hebben moeite met hulp ontvangen, omdat afhankelijkheid onveilig voelt. Wanneer ze wel om hulp vragen, heb jij het gevoel dat je het voor niets aanbied want ze doen er toch niets mee.
Deze mensen vinden het ook erg lastig om de controle los te laten, omdat dat hen ooit kwetsbaar maakte. Iemand anders de leiding laten nemen, voelt dan dus ook als een no-go. Niet omdat ze het niet willen loslaten, maar alles schiet in de stress.
Onbewust creëren deze mensen afstand in relaties, omdat echte nabijheid confronterend voelt. In een op een situaties kunnen ze zich vaak nog wel openen wanneer ze zich echt veilig voelen. Maar zodra er meer mensen zijn dan kan er zelfs paniek ontstaan waardoor er meer 'verharding' het gevolg lijkt.
Als je een relatie hebt met iemand die zo in het leven staat, of het nu een partner, ouder, collega of vriend i, kan dat voelen alsof je steeds botst tegen een onzichtbare muur. Dit kan uitputtend zijn, vooral als je probeert om door die muur heen te breken.
Wat heeft dit te maken met stress en burn-out?
Ergens vermoed ik dat je dit niet zo ingewikkeld vindt om te beantwoorden. Voor de persoon die deze dynamiek leeft, kan en mag van zichzelf niet echt ontspannen. Te allen tijde staat de veer zo gespannen, dat elk moment waarop het mis dreigt te gaan deze personen direct in de actie komen. Het autonome zenuwstelsel is volledig uit balans hierdoor.
Want bedenk zelf maar dat altijd controle willen houden erg vermoeiend is. Je kunt nooit echt ontspannen in een relatie en dat werkt natuurlijk slopend. Het gevoel om altijd sterk te moeten zijn kost energie. Voor de mensen om hen heen, is het zeer frustrerend om steeds tegen die muur aan te lopen.
Veel mensen die zich onbegrepen voelen in hun relaties of altijd een strijd lijken te voeren met iemand, kunnen in een systemische opstelling ontdekken wat hier echt speelt.
Systemische oefening met poppetjes: De muur van controle
Deze oefening helpt je zicht te krijgen op de dynamiek tussen jou en iemand die (mogelijk) uit bescherming de controle vasthoudt. Je kunt de oefening alleen doen met poppetjes (of voorwerpen, briefjes, steentjes) of samen met een begeleider.
- Je hebt nodig:
- Een poppetje voor jezelf
- Een poppetje voor de persoon in jouw leven die moeite heeft met kwetsbaarheid of controle loslaten
- Eventueel: een poppetje voor het familiesysteem van die ander (ouder, gezin van herkomst, of ‘oude pijn’)
- Zet jezelf neer in de ruimte of op tafel. Sta even stil bij hoe jij je voelt in de situatie.
- Zet de ander neer ten opzichte van jou. Laat je gevoel bepalen waar die ander staat. Ver weg? Met de rug naar je toe? Groot of juist klein?
- Zet het systeem of de oude pijn van die ander neer. Waar staat dat in verhouding tot hem of haar? Misschien heel dichtbij. Misschien beschermend.
- Observeer het beeld. Wat valt je op? Wat voel je in je lichaam? Wat wil je zeggen, doen of juist niet doen?
- Verplaats eventueel de ander een klein stukje en voel het effect. Wat verandert er als de afstand groter of kleiner wordt? Wat gebeurt er als je ‘oude pijn’ tussen jullie zet? Of juist achter de ander plaatst?
- Maak vervolgens gebruik van deze reflectievragen:
- Wat zie ik wat ik eerder niet kon zien?
- Waar voel ik spanning of ontspanning?
- Wat zegt dit over wat ik nodig heb in deze relatie?
- Wat mag ik bij de ander laten, en wat is van mij?
Deze oefening helpt je niet alleen om de ander beter te begrijpen, maar ook om jouw plek in de dynamiek te erkennen zonder over je eigen grenzen te gaan.
Wil je onderzoeken hoe dit speelt in jouw relaties?
Tijdens een opstellingsavond kun je ervaren welke patronen er in jouw systeem aanwezig zijn en hoe je anders met deze dynamiek kunt omgaan. Kijk in de agenda voor de eerstvolgende bijeenkomst of wanneer jij wilt deelnemen. Ik nodig je uit om te ontdekken hoe jij je eigen plek in relaties kunt innemen, zonder uitgeput te raken door deze dynamieken.